Aantal wachtenden voor inburgeringscursus daalt
Het Agentschap Integratie en Inburgering heeft een sterk jaar achter de rug. Dat blijkt uit de presentatie die de Algemeen Directeur van het Agentschap Jo De Ro deze namiddag gaf in de commissie Binnenlands Bestuur, Gelijke Kansen en Inburgering.
Sneller starten
Het Agentschap had in het verleden af te rekenen met een groot tekort aan plaatsen voor de inburgeringscursus. In 2019 betrof dat tekort 9.500. Onder impuls van minister Somers is er de voorbije jaren sterk ingezet om die achterstand weg te werken.
Met succes, zo blijkt nu. Het aantal mensen dat binnen de 3 maanden na ondertekening van hun inburgeringscontract kan starten, verdubbelde ten opzichte van 2019. Het aantal mensen dat langer dan 6 maanden moest wachten, daalde verder van 1.652 in 2021 naar 993 in 2022. Daarmee belandt dat aantal voor het eerst onder het streefdoel van maximum 1.000 mensen die langer dan zes maanden moeten wachten.
Jo De Ro, Algemeen Directeur van het Agentschap Integratie en Inburgering: “Er zijn diverse redenen waarom sommige mensen langer moeten wachten om met hun cursus Maatschappelijke Oriëntatie te starten. Voor een aantal van hen is er geen passend aanbod, bijvoorbeeld voor mensen die een weinig voorkomende taal spreken weinig of niet digitaal vaardig zijn, enz. . We streven ernaar dat deze groep binnen de 6 maanden kan starten.
De groep die langer dan 6 maanden op een passend aanbod moet wachten, hebben we kunnen terugbrengen van 723 in 2021 naar 570 in 2022. Daarnaast zijn er nog 423 mensen die zich in 2022 inschreven voor een cursus die in 2023 start.”
Nederlands leren
Een andere taak van het Agentschap Integratie en Inburgering is om anderstaligen door te verwijzen naar een passend aanbod Nederlands als tweede taal (NT2). 47.523 mensen hadden een NT2-gesprek . Dat is 34% meer dan de 35.513 van 2021. Het is tevens het hoogste aantal sinds het ontstaan van de onthaalbureaus in 2004. Voor de Agentschappen en het Huis van het Nederlands samen bedroegen die cijfers respectievelijk 85.887 in 2022 ten opzichte van 72.269 in 2021.
Dat is een stijging met 19%
Dit record is deels te verklaren door de extra instroom van mensen uit Oekraïne die Nederlands willen leren. Maar zelfs zonder deze extra instroom overtrof 2022 elk voorgaand jaar van AgII. Jo De Ro: “Het aantal anderstalige Vlamingen die Nederlands leerden was nog nooit zo groot. Dat is een belangrijk signaal in een publiek debat waar al te vaak het cliché gebruikt wordt dat anderstaligen geen interesse hebben om onze taal te leren. De cijfers geven een ander beeld.”
Oekraïne
De oorlog in Oekraïne had een grote impact op de werking van de Agentschappen en het Huis van het Nederlands. In 2022 vestigden zich 31.000 tijdelijk ontheemden in Vlaanderen, waarvan 21.000 meerderjarigen. 7.813 van hen kregen een individuele intake en begeleiding en 13.115 werden doorverwezen naar een cursus NT2.
8.373 ontheemden volgenden de online infosessies ‘Welkom in Vlaanderen’.
Minister Bart Somers: “Met deze onverwachte instroom van rechthebbende inburgeraars, stond het Agentschap en heel het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid voor een grote uitdaging. Aan het begin van de crisis werkte de Vlaamse regering een eerste reeks maatregelen uit om te voldoen aan de eerste crisisopvang en -begeleiding.
Het Agentschap werkte een voortraject op maat uit dat tegemoet kwam aan de eerste vragen en noden van tijdelijk ontheemden uit Oekraïne. Zo kon het de druk op de reguliere werking vrijwaren en kon het lange wachtlijsten vermijden. Het Agentschap heeft hiermee bewezen dat ook in crisistijden stevig in de schoenen staat.”